img 1900Nadat ik een aantal dagen boven de grond heb gezweefd was het gisteren ernstig tijd om te landen. Ik werd die ochtend al chagrijnig bij de gedachte aan het feit dat ik ’s avonds eten moest koken. Ik vind dat nog een beste klus, glutenvrij, suikervrij en dan nog wat allergieën. Je zou er allergisch van worden! Zo’n dag dus. Toen vervolgens mijn vriendin mij ophaalde om samen naar de markt te gaan, bleek de voordeursleutel onvindbaar (o, nee!). En als ie niet ligt, waar ie moet liggen, heb ik dus echt een probleem. Gelukkig had ik nog een reserve-exemplaar. Zou het die dag nog goedkomen? Even kreeg ik weer wat hoop.

We waren bijna op de plaats van bestemming gearriveerd toen we een oudere man met fiets en al onderuit zagen gaan. Resoluut zette mijn vriendin haar auto aan de kant en we sprongen eruit om hem op te rapen. Toen we die arme man weer op de been hadden gehesen (allebei een arm) en ik het stuur van zijn fiets tussen mijn benen had geklemd en zo recht had gezet (handig, hè?), konden we onze tocht vervolgen. We hadden onze goede daad als barmhartige Samaritaan gedaan (er waren diverse mensen doorgelopen en -gereden zonder hem te helpen). Hoog tijd om onszelf hiervoor te belonen.

Eerst paradeerden we over de markt, maar door de onstuimigheid van het weer ontbraken vele kramen. Lekker dan! Ik moest mijn best doen de stemming na onze goede daad vast te houden. De kledingkraam was er wel, maar uit solidariteit met mij besloot mijn vriendin die over te slaan (lief!). De uitgedunde markt was geen probleem, want we hebben ons prima vermaakt in onze favoriete christelijke boekhandel De Hoeksteen, die zich daar dichtbij bevindt. Het was daar warm en droog (altijd prettig). Ik mocht nog een boek uitzoeken voor mijn verjaardag (yes!) en bovendien als bonus een grote bos margrieten. Ik liet mijn keuze vallen op het nieuwste boek van Henk Binnendijk: Gods meesterwerk. Ben benieuwd wanneer ik er aan toe kom om het te lezen (haha). Ik ga ervan uit dat dit binnenkort zal zijn (altijd van het positieve uitgaan). Boven is de afdeling antiquariaat. Daar hebben we ook heerlijk de tijd voor genomen.

Daarna nog een laatste rondje op de markt voor de laatste boodschappen tot besluit (groente en fruit) en net toen ik in een tevreden mood kwam, ging mijn telefoon (o, help). De school van onze jongste belde. Meneertje had tijdens het voetballen op het schoolplein zijn lies bezeerd. Of ik hem op kon halen. Hij had veel pijn. Allerlei doemscenario’s flitsten langs. Hoe erg zou het zijn? Hoe moest het dan met zijn fiets? Hoe moest hij morgen naar school? Hoe zou ik hem aantreffen? Deze en nog veel meer vragen passeerden de revue. En ook: daar ging mijn zorgvuldig uitgedachte plan om me die middag aan de studie te wijden. Natuurlijk ging ik hem halen. Een klein halfuurtje later zat ik in de auto richting school. Ik was nog helemaal aan het stuiteren (figuurlijk) van de plotselinge wending die mijn dag nam en zat een beetje shaky achter het stuur. Het was bovendien etenstijd (helpt ook niet mee). Terwijl ik probeerde te relaxen en hier en daar wat auto’s inhaalde, viel mijn oog in mijn binnenspiegel op een BMW die telkens een stukje achter me bleef. Alsof ie ervoor zorgde dat ik de ruimte had. Je hoort weleens van die verhalen dat mensen beschermd worden door een engel. Nou, zo voelde dat, heel veilig.

Op school aangekomen (met broek, sorry, had geen tijd om me aan de dresscode aan te passen) heb ik de patiënt opgehaald en wat later bij de dokter laten checken. Er bleek een pees verrekt te zijn in zijn lies. Onschuldg, maar pijnlijk (opgelucht waren we allebei). ‘s Middags heb ik dus mijn eigen plannen gedeeltelijk laten varen. Dat hoort immers bij het moederschap. Eerst de kinderen, dan ik. En zo erg is dat nu ook weer niet. Eigenlijk is er morgen, als God het geeft, weer een dag.